Ondernemers omzeilen transitievergoeding met ‘slapende’ werknemers.

Wie gezond is en weinig zorgkosten maakt, kan maar weinig aftrekposten opvoeren. De hoofdregel is dat alle kosten die door je zorgverzekeraar worden vergoed buiten de aftrek vallen. Dat geldt ook voor de premie voor je ziektekostenverzekering. Alle overige kosten mag je wel opvoeren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een bezoek aan de tandarts, homeopaat of acupuncturist, mits je je daarvoor niet aanvullend hebt verzekerd. Of aan medicijnen die je volledig uit eigen zak hebt betaald. Een andere voorwaarde voor ziektekostenaftrek is dat alle kosten bij elkaar opgeteld boven een bepaalde drempel moeten uitkomen. Dieet Een afslankkuur bij de drogist mag je niet als aftrekpost opvoeren. Diëten op doktersafschrift, zoals een tarwevrij dieet, wèl. Hiervoor mag je een vast bedrag aftrekken, afhankelijk van het type dieet. De hoogte hiervan kun je vinden op een dieetlijst van de Belastingdienst. Let op: de af te trekken bedragen zijn drastisch verminderd ten opzichte van 2009. Heb je dit dieet maar een deel van het jaar gevolgd, dan moet je deze aftrekpost naar rato opvoeren. Ben je bijvoorbeeld zes maanden op dieet geweest, dan mag je van het vaste bedrag uit de lijst dus maar de helft aftrekken. Hulpmiddelen Ook voor medische hulpmiddelen moet je goed op de site van de Belastingdienst kijken, want lang niet alles mag je als aftrekpost in mindering brengen. Steunzolen, een gehoorapparaat, een kunstgebit, rollator, rolstoel of krukken zijn aftrekbaar, evenals alle kosten voor reparaties, onderhoud en verzekering van deze hulpmiddelen. Ook hulpmiddelen die het gezichtsvermogen vervangen, zoals een blindenstok, een blindengeleidenhond of specifieke aanpassingen aan de computer, zijn aftrekbaar. Maar middelen die jou helpen beter te zien, zoals een bril, contactlenzen of een ooglaserbehandeling zijn dat niet. Ook extra huur voor een aangepaste woning, verhuiskosten bij de overstap naar een verzorgingstehuis of kosten voor telefoontjes naar de arts mag je niet aftrekken. Reiskosten Chronisch zieken die vaak naar hun huisarts of het ziekenhuis moeten, spenderen aanzienlijk meer geld aan vervoer dan gezonde mensen. De meerkosten mag je opvoeren op je aangiftebiljet, met aftrek van eventuele vergoedingen van je zorgverzekeraar. Ook de reiskosten voor ziekenbezoek aan huisgenoten zijn aftrekbaar. Dit geldt alleen als de patiënt in totaal langer dan een maand voor dezelfde aandoening is verpleegd. Voor autoritjes mag je 19 cent per kilometer aftrekken en voor tripjes per taxi of het openbaar vervoer de werkelijke reiskosten. Overige kosten Wie extra gezinshulp krijgt, mag de kosten aftrekken, voor zover deze uitkomen boven een bepaalde drempel. Een andere aftrekpost zijn kosten voor extra kleding en beddengoed. Voor deze uitgaven mag je een vast bedrag aftrekken: 300 euro. Als je kunt aantonen dat de extra uitgeven hoger waren dan 600 euro geldt een verhoogde aftrek: 750 euro. Drempel Heb je alle kosten bij elkaar opgeteld, dan is het nog steeds de vraag of je wel voor aftrek in aanmerking komt. Je mag namelijk alleen het deel van de uitgaven aftrekken dat uitkomt boven een bepaalde drempel. De hoogte van deze drempel hangt af van je belastbaar inkomen. De lat ligt hoog, vooral voor hogere inkomens. Verdien je meer dan 38.722 euro, dan bedraagt de drempel 638 euro, vermeerderd met 5,75 procent van het bedrag boven de 38.722 euro. Verdien je dus op jaarbasis 50.000 euro, dan ligt de drempel op 1.286 euro (638 plus 648 euro). Alleen de zorgkosten die daar bovenuit komen mag je aftrekken. Voor mensen met een fiscaal partner gelden dezelfde drempels. Je moet wel de zorgkosten en beide inkomens bij elkaar optellen. Uitvaart De kosten voor uitvaart of crematie vormen geen aftrekpost. Wel kun je sinds 2010 gebruik maken van de mogelijkheid om fiscaal vriendelijk te banksparen voor je begrafenis.

Foto ANP

Sommige ondernemers, vooral in het mkb, vermijden de uitbetaling van een transitievergoeding aan zieke werknemers. Als die na twee jaar ontslagen mogen worden, houden ze de werknemers gewoon in dienst. Zonder loon te betalen. De werknemer ontvangt wel een WIA-uitkering.

Dat meldt de Volkskrant donderdag. De krant noemt het voorbeeld van een ondernemer in het oosten van het land die gewoon geen geld heeft voor de transitievergoeding. Hij vindt het onterecht dat hij, nota bene na het twee jaar lang doorbetalen van de zieke werknemer, óók nog een transitievergoeding moet betalen.

De gok die zo’n ondernemer neemt, is dat zo’n betrokken werknemer alsnog zelf een andere baan vindt en ontslag neemt. In dat geval hoeft de werkgever geen transitievergoeding te betalen.

Het UWV plaatst vraagtekens bij de praktijk, maar weet dat sommige juristen dit adviseren aan ondernemers. Het UWV verstrekt gewoon de WIA-uitkering na de twee jaar ziekte. Het is aan de betrokken werknemer om op te geven of hij nog inkomsten heeft uit een dienstverband. De combi is op zich niet verboden.

Risico’s voor werkgever Het UWV wijst wel op de risico’s voor werkgevers: de werknemer kan, als deze alsnog beter wordt, zijn werkplek weer opeisen. Een ander risico is dat bij een eventuele nieuwe reorganisatie de werknemer gewoon zijn rechten behoudt. In theorie kan daardoor een gezonde werkende collega eerder ontslagen worden dan de ‘slapende’ werknemer. Arbeidsrechtspecialist Lars Coumans, werkzaam bij Pellicaan Advocaten, vraagt zich ook af of het aanhouden van het dienstverband wel zo handig is. “Het kan als een boemerang bij je terugkomen.” Hij wijst erop dat als de werknemer enkele jaren na die twee jaar alsnog moet vertrekken, de transitievergoeding ook weer hoger is opgelopen. In het extreme geval dat de zieke ‘slapende’ werknemer overlijdt, heeft een werkgever ook nog bijzondere verplichtingen, zegt hij.

Vaststellingsovereenkomst

Volgens Coumans is het in dienst houden van zo’n zieke werknemer hooguit denkbaar als je er als werkgever zeker van bent dat de zieke werknemer zeer binnenkort alsnog beter wordt en weer inzetbaar is.

Hij wijst erop dat werkgever en werknemer heel goed met elkaar een ‘vaststellingsovereenkomst’ kunnen afsluiten — een ontslag met wederzijds goedvinden — waardoor je alsnog zo’n transitievergoeding vermijdt.

Asscher kritisch

Minister Asscher van Sociale Zaken heeft geen goed woord over voor werkgevers die de transitievergoeding ontlopen voor zieke werknemers. “Deze manier van denken past niet bij fatsoenlijk werkgeverschap.”

Volgens hem is zo’n praktijk mogelijk strijdig is met de Wet gelijke behandeling: je moet een zieke werknemer gelijk behandelen als een niet-zieke werknemer. En dus heeft een zieke werknemer recht op een transitievergoeding, net zoals deze recht heeft op bijvoorbeeld vakantiegeld.

Wel heeft Asscher begrip voor ondernemers die moeite hebben met de verplichting om een zieke werknemer twee jaar door te betalen. Volgens zijn woordvoerder werkt hij aan een voorstel om die duur te verminderen. “Als hij terug is van vakantie, gaat hij ermee aan de slag.”

Zoeken in deze blog

Simon nieuwspagina